Sitekick: Woordenlijst
Ach | Letterlijk ‘lichtgeest’ of ‘verlichte’. Hier wordt de met magische krachten toegeruste geest van de overledene mee aangeduid. De ach liet de overledene in het hiernamaal doorleven. |
Amulet | Talisman. Zorgt ervoor dat eigenschappen na de dood niet verloren gaan. (Gezondheid, schoonheid, kennis e.d.) |
Anch | Hiëroglief: het teken voor leven. Wordt als een krachtig amulet beschouwd. |
Atef | Kroon van Osiris. Bestaat uit een mijter met aan weerszijde een struisvogelveer en bovenop een zonneschijf. |
Ba | Goden en koningen hebben vele ba’s. (Niet te verwarren met de ziel.) Hiermee komt de macht tot uitdrukking en invloed zichtbaar gemaakt op de omgeving. In tegenstelling tot de mummie is de ba het vrij bewegende elemant van de overledene. Daarom is deze in graven vaak te zien als vogel met een mensenhoofd. Deze vogel komt geregeld terug om offers aan de overledene op te halen. Zie ook ka en ach. |
Cachette | Frans voor ‘geheime bergplaats’. |
Canopenvazen | De vier vazen waarin de organen (lever, longen, maag en darmen) van de overledene worden bewaard. De vazen staan onder de bescherming van de vier zonen van Horus; Imseti, Hapi, Doeamoetef en Kebehsenoef. In een later stadium werden de deksel als hoofden afgebeeld van een mens, baviaan, jakhals en valk. Ook representeerde de vazen de vier windstreken. |
Cartouche | Ook wel naamsring genoemd. Hierin staat de naam van de farao en zijn kroningsnaam. De cartouche is een lus met aan de onderkant een soort van knoop. Oorspronkelijk was het een touw dat geknopt was. Het ovaal symboliseert de eeuwige duur en plaatst de drager onder magische bescherming. Wordt altijd vooraf gegaan door de titel ‘Zoon van Ra’ of ‘koning van Opper- en Neder-Egypte’. |
Cataract | Stroomversnelling, oorspronkelijk Grieks. Op zes plaatsen tussen Aswan en Chartoem breekt het harde gesteente de rivier en vormt een kilometerslange rotsbarrière. Het eerste cataract bij Aswan is van nature de oorspronkelijke grens tussen Egypte en Nubië. |
Cenotaaf | Grieks voor ‘leeg graf’. Symbolisch graf, of plaats voor de dodencultus, in de buurt van de eigenlijke begraafplaats. |
Chepresj | De blauwe kroon van de farao. Voorzien van goudkleurige cirkels. Deze kroon wordt vaak de oorlogskroon genoemd. |
Deben | Egyptische maateenheid voor gewicht. In het Oude Rijk was één deben ongeveer 13,6 gram. Uit het Middenrijk zijn een gouden deben van 13,6 gram en een koperen deben van tweemaal dat gewicht bekend. In het Nieuwe Rijk woog een deben 91 gram. Een deben was 10 kite. |
Demotisch | Volgens het Grieks volksschrift. Ontstond uit het Egyptisch in ongeveer de 7de eeuw voor Chr uit het hiëratisch. In eerste instantie gebruikt voor de alledaagse dingen te schrijven maar later ook voor officieële teksten. |
Desjret | De rode kroon van de farao. Vertegenwoordigde de heerschappij over Beneden-Egypte. |
Djed-pilaar | Symbool voor stabiliteit een duurzaamheid. Wordt vaak als beschermende amulet gebruikt. |
El | Maateenheid voor de oude Egyptenaar. Eén el is 52,3 centimeter lang. In het oude Egypte was één el 7 palmen of 28 vingers. |
Elektron | Legering van goud en zilver. |
Enneade | De negen godheden die de kosmogonie van Heliopolis schiepen: Atoem, Sjoe, Tefnoet, Geb, Noet, Osiris, Isis, Seth en Nefthys. |
Faience | Materiaal dat gemaakt werd door de Egyptenaren door het verhitten van kiezelzuur, alkali, ongebluste kalk en koperoxyden. Lijkt op glas en heeft een donkerblauwe kleur. |
Gouw | Provincie. Egypte bestond uit, wisselend, 38 tot 42 gouwen. |
Hedjet | De naam van de witte kroon van de farao. Deze representeerde Boven-Egypte. |
Heka | De scepter die als koninklijk symbool met de god Osiris wordt geassosieerd. |
Hemhem | Diadeem van drie aan elkaar vastgemaakt ‘atef’-kronen. |
Hiëratisch | Grieks voor ‘heilig schrift’. Een cursieve vorm van het Egyptische schrift. De ontwikkeling liep parallel met de monumentale versie. Hiërogliefen werden in een ‘afgeslankte’ versie opgeschreven. |
Horus-zonen | Vier goden die gebruikt werden voor de bescherming van de inhoud van canopenvazen. Imseti had het hoofd van een mens, Hapi de kop van een baviaan, Doeamoetef de kop van een jakhals en Kebesenoef de kop van een valk. |
Ka | De ka is één van de menselijke zielen. De ka wordt gelijktijdig met de geboorte van persoon geschapen. Bij het overlijden van de persoon leeft de ka echter door. De ka moet de persoon de kracht geven om door de onderwereld te kunnen reizen. |
Kosmonogie | Een beschrijving van hoe de aarde ontstaan is. Egypte kende verschillende versie van welke goden betrokken waren bij het ontstaan van de aarde. Dit verschilde vaak per regio. |
Mamisi | Mamisi tempels worden ook wel geboortetempels genoemd omdat daar de geboorte van een god of godin gevierd wordt. |
Mastaba | Mastaba is van Arabische afkomst en betekent zoiets als ‘bank’. Dit woord vertegenwoordigt een bouwwerk dat de vorm heeft van een bank. De piramide van Djoser is een vorm van diverse mastaba’s bovenop elkaar. |
Naos | Stenen of houten tabernakel (tent of hut) met een schrijn waarin het beeld van de god bewaard wordt. |
Nechech | De naam van de zweep van de farao. Het is een symbool voor autoriteit en is verbonden met de god Osiris. |
Necropool | Stad van de doden. Kerkhof. |
Nemes | Gestreepte hoofddoek, gedragen door de farao. |
Obelisk | Monoliet met vier vlakke zijde met bovenop een kleine piramide die bedekt was met electron. Bestond altijd uit één stuk. Van oorsprong een Grieks woord dat ‘kleine braadspit’ betekent. |
Oeadj | Scepter in de vorm van een papyrussteel. Veel gebruikt door godinnen. |
Oedjat | Het oog van Horus. Woord betekent ‘hij die in een goede staat verkeert.’ In de vorm van een amulet geeft het een krachtige bescherming. Ook wel wedjet genoemd. |
Oesjabti | Een klein beeldje dat met de overledene begraven wordt. Dient als slaaf om opgedragen werkzaamheden te verrichten in plaats van de overledene. Naam betekent letterlijk ‘gehoor geven’. |
Ostracon | Een potscherf of fragment van een steen dat in plaats van papyrus gebruikt word. |
Psjent | De naam van de dubbele kroon van Boven- en Beneden- Egypte. Deze bestaat uit beide kronen; de witte en de rode. |
Psychotase | Ritueel van ‘het wegen van de ziel’, ook wel ‘het wegen van het hart’ genoemd. |
Pyloon | Trapezoïde vormige ingang van een tempel. De ingang wordt meestal door twee pylonen (aan beide zijde één) gemarkeerd. |
Sechem | Scepter voor autoriteit. |
Sistrum | Muziekinstrument. Bestaande uit een metalen frame met daarin onderdelen die bij het schudden geluid maken. |
Stèle | Houten of stenen plaat in diverse vormen. Gedecoreerd met diverse afbeeldingen of inscripties. Vaak gebruikt voor grafteksten, verordeningen, politieke propaganda of als dank voor een god(in) die hem of haar gunstig gestemd was. |
Uraeus | Uraeus is de cobra. Symboliseert licht en kracht. Is vaak te zien op het voorhoofd van de farao. De uraeus is het heilige symbool van de godin Wadjet en de zonnegod, wiens oog zij is. |
Vizier | Titel voor de persoon met de uitvoerende macht in opdracht van de farao. Zijn macht is, die op de farao na, de hoogste van het land. |
Wedjet | Het oog van Horus. Woord betekent ‘hij die in een goede staat verkeert.’ In de vorm van een amulet geeft het een krachtige bescherming. Ook wel oedjet genoemd. |