Piramiden
De piramiden bij Gizeh zijn de laatste van de zeven oorspronkelijke wereldwonderen. (resp. de hangende tuinen van Babylon, de tempel van Artemis in Efeze, beeld van Zeus in Olympia, mausoleum van Halicarnassus, colossus van Rhodos en de vuurtoren van Alexandrië)
Hoewel er in ruim 1000 jaar tijd ongeveer 80 piramiden gemaakt zijn in Egypte zijn de piramiden bij Gizeh het beste bewaard gebleven. De constructie is zeer solide en alleen de bovenste laag, van witte kalksteen, is van de piramide verdwenen. Deze piramiden werden gebouwd door drie koningen van de vierde dynastie: Cheops, Chefren en Mykerinos. De eerste had het grootste bouwwerk laten bouwen, en bleef zelfs 4000 jaar lang het grootste bouwwerk.
Het was niet zomaar een bouwwerk. Onder de piramiden is namelijk de grafkamer van de farao. De piramiden dienden namelijk als bescherming voor het lichaam van de farao. Maar waarschijnlijk was dat niet de enige reden. Er zijn hierover verschillende theorieën. Waarschijnlijk moest de piramide helpen bij de reis van de farao naar het hiernamaals. De schuine helling kon worden aangezien voor een trap naar hemel. De vorm kan echter ook wijzen op de oerberg die in het scheppingsverhaal uit het water oprees. Hoewel de betekenis nog niet duidelijk is, zijn ze in ieder geval wel geslaagd in het bouwen van een gigantisch graf dat door de constructie de tand des tijds heeft doorstaan.
De piramide was echter niet het enige dat gebouwd werd voor de rituelen als de farao was gestorven. Rondom de piramiden is een compleet complex dat de uitvaart van de farao moest regelen. Aan de oostzijde van de piramide was een dodentempel die verbonden was met een tempel die aan de rivier lag. Dit was de staatsieweg voor het lichaam van de overleden farao als deze naar zijn laatste rustplaats gedragen moest worden.
De bouw van de piramiden
De plaats waar de piramiden moesten komen was op de westoever van de Nijl. Op de westoever ging elke dag de zon onder en dat werd geassocieerd met de dood. Op de plaats waar de piramiden nu staan ligt een enorm klakstenen plateau dat een prima ondergrond verzorgde voor het immense bouwwerk dat er moest komen. Hoewel de bodem niet vlak was heeft men gewoon met de contouren van de bodem mee gebouwd. Alleen rond de piramiden heeft met de bodem vlak proberen te maken.
Omdat de piramiden al ruim voor de geboorte van Christus werden gebouwd zou men verwachten dat de technische middelen niet voorhanden zouden zijn om een bouwwerk te vervaardigen dat vrijwel geen afwijkingen vertoond. Niets is minder waar. De piramiden zijn angstvallig precies. Men heeft in die tijd geprobeerd de muren evenwijdig te laten lopen aan de windrichtingen. De afwijking in deze is minder dan 1 graad; slechts 3 minuten. De fundering, waar we het zo-even ook over hadden, had een verschil van ten hoogste 2 cm. Opmerkelijk.
De stenen van de piramiden werden even ten zuiden van de bouwput gewonnen. Om de bekleding van de piramide te verzorgen vonden de Egyptenaren deze stenen niet goed genoeg. Uit Turah, aan de andere kant van de rivier, werden daarvoor speciaal blokken kalksteen van een kleine 2,5 ton overgevaren om voor dit doeleinde te gebruiken. De grafkamer was echt een verhaal apart: daarvoor werden granieten stenen gebruikt. Maar deze moesten zelfs helemaal uit Aswan komen. En dat ligt ongeveer een kleine 1000 kilometer verder naar het zuiden. Dat was overigens niet het enige graniet dat men nodig had. Voor het afsluiten van de toegang van de piramiden had men een constructie van stenen van dit materiaal in gedachte vanwege de sterkte van dit gesteente.
De piramide van Cheops heeft drie vertrekken waarvan één uitgehouwen is in de bodem onder de piramide. De koningskamer bestaat helemaal uit het rode graniet uit Aswan en bevat een sarcofaag van hetzelfde materiaal. Boven deze kamers zijn vijf andere kamers ontworpen met enorme granieten balken die de druk op de koningskamer moeten verdelen. Dit principe is ook toegepast in de grote galerij, het verschil is alleen dat men hier dus kan zien dat het één geheel is van stenen die taps naar elkaar toe lopen. Daarnaast hebben de bouwers van de piramide gangen van ongeveer 20 cm2 gemaakt die wijzen op het sterrenbeeld Orion en de poolster zodat de ziel van de koning naar deze sterren kon reizen.
Dit alles werd in tegenstelling tot wat de meeste mensen denken niet door slaven gemaakt. Alle arbeidskrachten waren betaalde krachten. Een aantal van hen werkten alleen aan deze gebouwen als Nijlwater hoog stond en zij niets op hun akker konden doen. Naast deze seizoensarbeiders waren er ook mensen die wel de gehele tijd aanwezig waren. Rondom de arbeiders die aan de piramiden werkten was er een netwerk aan mensen die voor hun eten zorgden. Schattingen lopen uiteen over het aantal dat in totaal werkten aan deze enorme bouwwerken, maar 20.000 à 30.000 moeten er toch wel nodig zijn geweest.