Edfu; het domein van Horus

Net als Esna ligt ook Efdu op de linkeroever van de Nijl. Vlak bij de rivier is de hoofdstad van de tweede gouw van Opper-Egypte, in de oudheid Gebaoe genoemd (wat later in het Koptische tijdperk verbasterde tot Atbo) bekend vanwege de tempel van Horus. De oude Grieken die Horus met Apollo vereenzelvigden, noemden de stad Apollinopolis Magna.

Al sinds de eerste dynastieën vond hier een Horusverering plaats en werd Edfu het centrum van deze verering. In 237 v.C. begon Ptolemaeus III Euergetes I met de bouw van een grote Horus-tempel. Het werk werd voortgezet onder Ptolemaeus IV Philopator. De buitenste zuilenhal werd pas in 124 v.C. voltooid onder het bewind van Ptolemaeus VIII Euergetes II en de decoraties in 57 v.C. onder Ptolemaeus XII Neos Dionysus, 180 jaar nadat men met de bouw was begonnen. De tempel maakte deel uit van een uitgestrekt terrein op de plaats waar de stad nu ligt en is georiënteerd langs een noord-zuidas in plaats van de gebruikelijke oost-westas. De geografische omstandigheden zijn vermoedelijke verantwoordelijk voor deze ongebruikelijke positie. De tempel bevat een grote pyloon, en een door een zuilengalerij omzoomde voorhof geeft toegang tot de eerste zuilenhal of pronaos. Voor de hal staat het befaamde beeld van Horus in de gedaante van een valk. Vanuit de tweede zuilenhal bereikt men de ‘zaal van de offeranden’ en vervolgens via de vestibule het ‘heilige der heilige’, het binnenste deel van de tempel, waarin een schitterende naos staat. Deze stamt uit de tijd van Nectanebo II en bevatte oorspronkelijke een tabernakel waarin zich een beeltenis van de god bevond. Rond deze centrale as ligt een groot aantal ruimten, die elk een specifieke functie hadden. Deze functies worden beschreven in de vele teksten die de wanden van de ruimten volledig bedekken, zodat Edfu in feite een in steen gegraveerde bibliotheek is. Ook nu nog is de tempel van Edfu een van de grootste en best bewaard gebleven tempels in Egypte.